Geschreven voor De Morgen van 2 oktober 2024 door Alana Herman Kleindochter van Lucienne Herman-Michielsens
Paus Franciscus eindigde zijn bezoek aan België met de onverwachte mededeling dat hij van plan is de procedure om koning Boudewijn zalig te verklaren, op te starten. Hij noemde de gewezen koning “een moedige man” omdat hij weigerde om “een moorddadige wet” te ondertekenen en daarvoor ontslag nam. Als kleindochter van wijlen Lucienne Herman-Michielsens is dit voor mij een klap in het gezicht en een volstrekt onaanvaardbare, en afschuwelijke uitspraak. Mijn grootmoeder, die er als liberale senator samen met de socialistische senator Roger Lallemand in slaagde om op 6 november 1989 in de senaat en op 30 maart 1990 in de kamer met een ruime meerderheid de abortuswet te laten goedkeuren, wordt hier voorgesteld als iemand met bloed aan haar handen, als een moordenaar. Ik kan deze uitspraak niet over mij heen laten gaan. Mijn grootmoeder was juist een zachtmoedige en warme vrouw, die dankzij haar initiatief een wettelijke en democratisch goedgekeurde uitweg heeft geschonken aan het lijden van vele tienduizenden vrouwen. Vrouwen die deze keuze maakten omdat ze slachtoffer waren van een verkrachting of incest, voor anderen omdat hun eigen leven in het gevaar zou komen. Nog anderen maakten de keuze omdat ze in een instabiele relatie zaten en geen hulp moesten verwachten van hun partner of netwerk, omdat ze mentaal of fysiek niet in staat waren om een kind op te voeden, omwille van financiële redenen of omdat ze er gewoon nog niet klaar voor waren. Voor welke reden dan ook, geen enkele vrouw ondergaat deze ingreep ondoordacht, allen hebben ze het recht om deze keuze te maken in alle veiligheid. Het is dankzij deze wet dat vrouwen niet langer gedwongen worden op zoek te gaan naar gevaarlijke methodes om de zwangerschap af te breken of een financieel dure ingreep te moeten ondergaan in het buitenland. Mijn grootmoeder verdient deze gemene natrap van de paus niet en ik zal hem dat, als ik daar de kans toe krijg, ook recht in het gezicht zeggen. En dat hij de dokters die een abortusingreep doen ‘huurmoordenaars’ durft noemen, getuigt van het feit dat hij geen enkel besef heeft van het drama waar veel vrouwen voor staan.
Dat Boudewijn ontslag zou genomen hebben, klopt evenmin. De toenmalige Belgische regering heeft hem via een ‘miraculeuze’ regeling ‘tijdelijk in de onmogelijkheid om te regeren’ geplaatst. Dat hij aan deze truc zijn goedkeuring verleende, en na 24 uur opnieuw zijn functie als staatshoofd opnam, getuigt niet van moed, maar van hypocrisie en opportunisme. Mocht hij een stap opzij gedaan hebben omdat zijn geweten het verhinderde om zijn job te doen, dan zou men kunnen spreken van moed, in dit geval niet. Met zijn weigering als staatshoofd om deze wet te ondertekenen toonde Boudewijn ook aan hoe weinig achting hij had voor onze parlementaire democratie. Dat de kerk hem toch zalig wil verklaren en ergens een mirakel uit de lucht zal toveren, interesseert mij verder niet, ze doet maar.
Maar iedereen mag weten dat ik fier ben op wat mijn grootmoeder voor veel vrouwen in ons land gedaan heeft.
Geschreven voor De Morgen van 2 oktober 2024
°°°
De paus heeft laten zien dat zijn bemoeienis met de Belgische binnenlandse aangelegenheden een ernstige schending is van de individuele autonomie. Zijn lof voor koning Boudewijn, die destijds weigerde de abortuswet te ondertekenen, onderstreept niet alleen zijn gebrek aan respect voor de generatieve vrijheid van vrouwen, maar ook zijn poging om als autoritair leider van het Vaticaan invloed uit te oefenen op een democratisch gekozen regering. Dit is een frontale aanval op de fundamentele reproductieve rechten, die de kern vormen van ware persoonlijke vrijheid. De pauselijke onfeilbaarheid is hier niet van tel, en zijn inmenging is zowel ongepast als beschamend.
Moderne vrijheid draait in essentie om reproductieve vrijheid: de mogelijkheid voor ieder individu om zelf te bepalen over hun lichaam en toekomst, van het begin tot het einde van het leven. Deze reproductieve rechten zijn onmisbaar voor de persoonlijke autonomie en moeten beschermd worden tegen inmenging van de staat of andere autoritaire machten. Dit omvat toegang tot veilige en betaalbare gezondheidszorg, zoals anticonceptie en abortus. Zonder deze fundamentele vrijheid kan er geen sprake zijn van echte persoonlijke onafhankelijkheid. De paus, in zijn rol als staatshoofd van het Vaticaan, moet zich hier niet in mengen.
Ivan Vandermeersch